
Ook uit de schouwronde van dit jaar is gebleken dat het nog niet gemakkelijk is om kruiden in je graslandrand te krijgen in de Maasheggen. De maasheggenklei is heel rijk en heeft tijd nodig om te verschralen. Nu zijn er natuurlijk ook graslandjes binnen het collectief die al 20 jaar lang verschraald zijn – maar de meeste graslandranden zijn nog recent bemest. Om op zo’n plek toch kruiden te krijgen kun je twee dingen doen. Tweemaal per jaar maaien en afvoeren – hetgeen jaren kan duren – of de bovengrond licht frezen en dan inzaaien. Beide methodes gaan we proberen – eerst op eigen grond! Zo kunnen we de nodige ervaring opdoen met probleemonkruiden zoals distels, jakobskruiskruid en ridderzuring.
Arjan van NLbloeit! legt in bovenstaande film uit wat hij precies doet met de graslandranden. Hij haalt eerst een strook van zes meter breed open, en ploegt vervolgens de graszoden onder. Volgend jaar zie je hier vooral eenjarige soorten bloeien. In oktober is dit ingezaaid.
Het zaadmengsel is speciaal voor dit project samengesteld samen met zadenleverancier de Cruydt-Hoeck. Het zijn gebiedseigen soorten voor de Maasheggen – een mix van zo’n twintig soorten. In het najaar gaat het nog kiemen. En in het voorjaar gaat het flink groeien zodra de temperaturen stijgen. En rond mei / juni zie je hier de eerste eenjarige soorten bloeien.
Zo’n 80 tot 85 procent van de zaden is meerjarig. In de loop van de tijd zul je zien dat een aantal soorten zich hier beter kunnen handhaven vanwege de bodem. Dat zijn meerjarige soorten die ieder jaar gaan bloeien en zichzelf uitzaaien. En daar gaan we specialistisch beheer op toepassen zodat het ook kruidenrijk blijft.
Wil je een boost geven aan de biodiversiteit dan moet je de grond bewerken. Dan moet je de graszoden grotendeels weghalen of onderploegen zodat die niet de kans hebben om die jonge kruidige plantjes te overheersen.
Woekeraars
Als je de bodem gaat bewerken heb je kans op woekerende onkruiden zoals distels en jakobskruiskruid en brandnetels. Maar door het juiste, specialistische beheer dring je de pionierssoorten terug zodat ze niet de kans krijgen dat ze hier de overhand krijgen. En we zaaien natuurlijk op een goed moment in. De bodem is zo bewerkt dat die zaden hier nauwelijks op terecht komen. Maar mocht dat toch het geval zijn dan moet je heel specifiek gaan kijken naar de ontwikkeling wanneer je moet gaan maaien. En daar heb je dus intensieve begeleiding nodig.